vrijdag 13 mei 2011

Cuba

Op Cuba wordt 1 mei, de Dag van de arbeid, groots gevierd. Met Seb en Rhi en de kinderen overnachten we in een casa particulara in Havana. Toeristen mogen alleen in hotels of casa particulara overnachten. Die zijn aan een embleem (blauw ankertje )aan de buitenkant van het huis herkenbaar. Hier betalen we ook met de CUC. Toeristen mogen alleen betalen met deze munt en niet met de pesos. Die is voor de Cubanen. Een CUC (ongeveer 1 dollar) is 24 x zo duur als een pesos. Om als Cubaan het embleem "casa particulara" te mogen voeren, moeten ze elke maand een stevig bedrag aan belasting afdragen aan de overheid. Negentig procent van de werkende bevolking is in dienst van de overheid. Logisch dat de overheid veel geld nodig heeft. En het toerisme is een belangrijke bron van inkomsten.
op 1 mei laten wij ons in een fietstaxi naar het 'Place de la Revolucion" brengen. Van verre komen ons de klanken van de "Internationale" al tegemoet. Hier zou het festijn om 08.00 uur beginnen maar als wij aankomen komen de eerste groepen ons al tegemoet. Het bleek om 06.00 uur 's ochtends al te zijn begonnen.
We kijken naar de mensenmassa die het plein verlaat. Ook zien we diverse groepen, elk met een eigen vlag. Iedereen lijkt blij, eensgezind en opgetogen.

We gaan met z'n allen ook nog een tochtje door de historische stad maken met paard en wagen, bekijken het hotel waar Ernest Hemingway een kamer had en waar hij aan zijn boeken werkte. Ook kijken we, heerlijk likkend aan een ijsje, naar de grote verscheidenheid aan mensen.

Enkele dagen later gaan we met z'n tweeën naar Trinidad, een stad ruim 300 km. oostelijk. Dit was in de middeleeuwen een belangrijke havenstad. Het grootste gedeelte van de tocht er naar toe rijden we over een 3 baans weg waar nauwelijks auto's rijden. Enkele bussen, een paar oude vrachtwagens die vieze zwarte rook uitblazen, enkele paard en wagens en huuauto's van toeristen is al wat er op de weg rijdt.
Ook in Trinidad overnachten we weer in een casa particulara. In het oude centrum zijn in de 18e en 19e eeuw prachtig grote herenhuizen en paleisjes gebouwd. Hier woonden destijds de grootgrondbezitters die rijk werden aan koffie, tabak en suiker. Nu zijn die gebouwen veelal ingericht als museum. 's Avonds blijven we op een terras bij een pleintje waar leuke muziek wordt gemaakt. Er is ook een grote tribune-achtige trap bij, prachtig in marmer uitgehouwen. Langzamerhand stroomt de hele trap vol met mensen. De sfeer wordt steeds uitbundiger en de muziek meeslepend. En er treedt ook een dansgroep op; ook mensen uit het publiek gaan dansen. Wat een sfeer!

Zowel op de heen- als op de terugreis naar Trinidad krijgen we, bijna op hetzelfde stuk weg, een lekke band. We rijden door een gebied waar veel landkrabben oversteken en naar zee gaan. De pootjes van die dode beestjes blijken door een band heen te kunnen prikken. Het wordt helemaal dol als we vlak voor Havana voor de derde keer een lekke band krijgen: nu blijkt er een spijker in te zitten.

Voordat we maandag 9 mei Havana verlaten om naar Miami te zeilen, gaan we nog een paar keer naar Havana. We bezoeken o.a. het paleis waar in de 18e en 19e eeuw de gouverneur woonde en waarin vanaf 1902, toen Cuba onafhankelijk werd (van Spanje), ook de regering zetelde. We bezoeken ook een museum met hele oude auto's. Op een avond gaan we naar een concert in de prachtige basiliek van Franciscus van Asisi. Er treden 2 koren op, beide van grote klasse. Ze brachten, op zeer enthousiaste wijze, moderne muziek ten gehore. Niet helemaal onze smaak, maar we hebben wel erg genoten !
Meestal gaan we met een taxi naar Havana, maar we gaan ook een keer met onze vouwfietsjes en rijden dan over de Malécon. Deze strandpromenade slingert zich 7 kilometer langs de historische wijken van de stad en we zijn diep onder de indruk van de architectuur en van de mengeling van bouwstijlen. Sommige panden zijn fraai gerestaureerd, andere in zeer slechte staat en wachten op restauratie. In het oude Havana (het oude gedeelte van de stad staat op de werelderfgoedlijst) lijkt de tijd te hebben stilgestaan, maar er heerst een grote levendigheid. Veel muziek en optredens van dansgroepen en straattheater. Prachtig! Wat een sfeervolle stad.

Gelukkig hoeven we op Cuba niet te provianderen want veel is er niet te koop. Een supermarkt hebben we niet kunnen vinden. Wel diverse kleinere winkeltjes met ieder een heel beperkt assortiment.
Aan de buitenkant van de winkel is niet te zien of er betaald moet worden in CUC of met de Cubaanse pesos. In Havana moet je in bijna alle winkels met de CUC betalen. Bij kraampjes en op markten en soms ook bij een bakker kunnen we terecht met de pesos. Alhoewel we als buitenlanders alleen maar de CUC mogen gebruiken kunnen we bij een bank toch makkelijk wat pesos krijgen.

Regelmatig worden we op straat aangeklampt om iets kopen. Als we kenbaar maken niets te willen hebben willen ze wel graag een tip of fooi. Ook officiële instanties schromen niet om openlijk, zij het vaak fluisterend, om een tip te vragen.

Maandag 9 mei verlaten we Cuba, een onvergetelijke ervaring en we vertrekken naar Miami.

1 opmerking: